Tijdens In debat bij VGZ op donderdagavond 28 juni kwamen in Arnhem 65 mantelzorgers en betrokken instanties en organisaties bij elkaar. Tijdens het debat werd duidelijk dat de zorgtaak niet de enige overeenkomst is tussen de aanwezigen. De meeste mantelzorgers worstelen met de balans tussen de zorgtaak, hun school of werk en hun sociale leven. Toch is elke situatie uniek, en zijn er dus ook verschillende problemen en behoeftes waar een mantelzorger tegenaan loopt.
Uit het debat bleek dat veel problemen waar mantelzorgers mee kampen, voor veel anderen onzichtbaar zijn. Er wordt dan ook met name van werkgevers, scholen, de omgeving en zorgverleners aandacht gevraagd voor de mantelzorger. Verder wordt er een beroep gedaan op de gemeenschap en de instanties voor het ondersteunen van de mantelzorger.
Liane den Haan, directeur van ouderenbond ANBO, gaf een aanbeveling aan werkgevers: “Ga actief het gesprek aan met werknemers over de vraag welke vorm van ondersteuning ze nodig hebben. Toon begrip voor hun situatie en het feit dat ze soms de ruimte nodig hebben voor de zorg aan naasten. En dat ze productiever zijn als ze die ruimte krijgen.” Maar er kwamen ook tips voor scholen van een jonge mantelzorger: “Naast kinderen van gescheiden ouders zijn er ook heel veel kinderen die thuis te maken krijgen met andere stressvolle situaties. Houd er rekening mee dat ze door ziekte in de familie stress hebben of onzekerheid ervaren. En dat ze dan misschien een proefwerk slechter maken. Geef ze dan de ruimte om het over te doen.” Wat voor mantelzorgers ook een rol speelt is het gevoel dat ze door anderen in hun omgeving vaak niet begrepen worden. Uit het mantelzorgpanel van VGZ is gebleken dat bij 65% van de mantelzorgers het onderhouden van sociale activiteiten in de knel komt. Dit werd tijdens deze avond bevestigd.
De oproep aan zorgverleners is om breder te kijken dan alleen de behandeling van de patiënt. Zo ging er tijdens het debat veel aandacht uit naar de rol die zorgverleners kunnen spelen om overbelasting van mantelzorgers te signaleren en soms te voorkomen. Alice ten Kate, fysiotherapeut in Heerlen, heeft op verzoek van de gemeente een training opgezet voor mantelzorgers. Ze krijgen bijvoorbeeld training in het tillen van hun partner, of adviezen over de manier waarop ze hun extra huishoudelijke taken het beste kunnen uitvoeren zonder zélf overbelast of ziek te worden. Ten Kate: “Toen we onze training aankondigden, waren er binnen een middag twee cursussen helemaal volgeboekt. Het voorziet duidelijk in een behoefte. Mensen voelen zich écht geholpen en kunnen daarna hun zorgtaak beter aan.” Tijdens het debat kwamen nog veel meer voorbeelden langs van aandacht en ondersteuning door zorgverleners. Ook werd het gevoel benoemd dat er door zorgverzekeraars geen ruimte geboden wordt aan zorgprofessionals om breder te kijken dan alleen de medische kant. Bijvoorbeeld verpleegkundigen die bij mensen thuis komen, zouden de ruimte moeten voelen om ook aandacht te besteden aan mensen in de directe omgeving van de patiënt, zodat zij niet óók ziek worden.
Mantelzorgers krijgen te maken met een wirwar van instanties, regels en geldstromen, waardoor ze soms van het kastje naar de muur worden gestuurd. Veel mantelzorgers weten niet direct waar ze terecht moeten met hun vragen en komen bij instanties terecht die ook niet altijd weten wat de juiste doorverwijzing is. Er is behoefte aan duidelijkheid zodat de administratieve taken minder tijd en energie kosten.
Tijdens het debat kwamen veel voorbeelden langs van mensen, vrijwilligers vaak, die iets willen doen om mantelzorgers te ontlasten of ondersteunen. Zoals Don van Sambeek van Zorgcoöperatie Laarbeek. Als oud-directeur van een aantal verzorgingshuizen richtte hij een plaatselijke coöperatie op die tal van diensten biedt: “We bieden huishoudelijke hulp door vrijwilligers of lotgenotencontact, maar ook bemiddeling van zorgverleners die zorg op maat kunnen bieden. We werken daarvoor samen met de gemeente en zorgverzekeraar CZ. Samen kunnen we veel beter inspelen op wat er in onze gemeente nodig is aan formele en informele zorg.” Een ruime meerderheid van de zaal vond dat het een taak van de gemeenschap is om een rol te spelen bij de zorg en aandacht die er nodig is voor mantelzorgers.
Ab Klink, lid van de Raad van Bestuur van Coöperatie VGZ, concludeerde aan het einde van het debat: “Er is meer aandacht nodig voor de sociale kant van mantelzorg. Daar kunnen gemeenten, maar wij als zorgverzekeraar ook, meer aan doen. Samen moeten we voorkomen dat het van kwaad tot erger gaat. We moeten de komende tijd, met de inbreng uit dit debat, bekijken wat er precies nodig is. Dan denk ik aan het verbeteren van brieven aan klanten zodat deze niet ongerust maken, maar geruststellen. Of aan adviseurs die met mantelzorgers meedenken over de beste oplossing voor hun situatie. En het buigen van de regels of geldstromen, zodat mantelzorgers beter weten waar ze terecht kunnen en zelf de zorg of ondersteuning krijgen die nodig is.”
Mantelzorg is een onderdeel van ons duurzaamheidsprogramma. Coöperatie VGZ ondersteunt mantelzorgers met advies, het bieden van respijtzorg, bemiddeling door de mantelzorgmakelaar, thuishulp en workshops. Onze bijdrage aan mantelzorg zien we als onze sociale verantwoordelijkheid, die we samen met andere partijen nemen.
Bent u verzekerd bij VGZ én mantelzorger? Dan is uw mening erg waardevol voor het verbeteren van onze dienstverlening voor mantelzorgers. Wilt u uw mening delen? Doe dit via www.vgz.nl/mantelzorgpanel