“Wij, partijen van de eerstelijnszorg, nemen de verantwoordelijkheid om de toegankelijkheid en continuïteit van eerstelijnszorg te waarborgen. Hierbij hebben we oog voor het behouden van de kwaliteit van de zorg. We werken krachtig samen aan het vernieuwen van de eerste lijn en versterken de organisatie ervan. Zodat de eerstelijnszorg in 2030 is gebaseerd op de principes van passende zorg, waarbij beschikbare capaciteit en middelen op de beste en meest doelmatige manier worden ingezet.”
We verminderen de ontstane ongewenste druk op de eerstelijnszorg.
We zorgen ervoor dat patiënten beter worden voorbereid op en toegeleid naar de eerste lijn.
We bieden passende eerstelijnszorg met focus op gezondheid en kwaliteit van leven, waar van meerwaarde digitaal ondersteund.
We benutten de capaciteit binnen de eerstelijnszorg beter; waar nodig organiseren we taken anders.
We realiseren hechte samenwerking tussen professionals in wijken/dorpen, zodat er proactief kan worden ingespeeld op de gezondheidsproblemen en knelpunten in het aanbod van zorg en welzijn in de wijk.
A. We zorgen voor goede aanspreekbaarheid van de eerstelijnszorg in de regio. B. We verbeteren de samenwerking met het sociaal domein, de tweede- en derdelijnszorg, en langdurige zorg. C. We realiseren een 24/7 infrastructuur voor de eerstelijnszorg voor crisissituaties.
Om de doelstellingen te realiseren, zijn regionale samenwerkingsverbanden benodigd. Al in 2024 verwachten wij dat deze regionale eerstelijnssamenwerkingsverbanden (RESV) gevormd worden. Waar mogelijk wordt verder gewerkt aan en aangesloten op samenwerkingsverbanden die al bestaan en goed functioneren. Zodat er niet meerdere verbanden met dezelfde ontwikkeling bezig zijn in een regio. Het startpunt van het samenwerkingsverband kan voor iedere regio anders zijn. Het is niet per definitie een gegeven dat de Regionale Huisartsen Organisatie (RHO) het startpunt is. In de landelijke visie ontbreekt op dit moment nog welke indeling van regio’s gehanteerd wordt. Ons uitgangspunt is de regio-indeling van de RHO. Dit om te voorkomen dat er overlap ontstaat tussen regio’s. Zoals in de visie is omschreven, verwachten wij dat bij de vorming van het RESV de huisartsen, de aanbieders van wijkverpleging en de apothekers zorgen voor een gemandateerde deelname aan dit verband. Hierbij vinden wij het belangrijk dat de kleinere, gecontracteerde zorgaanbieders de ruimte en mogelijkheid krijgen om hierop aan te sluiten. Meer informatie over andere zorgaanbieders en het moment van aansluiten van overige zorgaanbieders bij het RESV vindt u in de landelijke visie. Bij het vormen van een RESV is het van belang dat de aansluiting wordt gezocht bij de regioplannen. Na de start van een RESV kunnen mogelijk al in 2025 zorginhoudelijke afspraken gemaakt worden, om zo een bijdrage te leveren aan de doelen van de visie eerstelijnszorg.
Met de landelijke visie eerstelijnszorg wordt een duidelijke stip op de horizon in 2030 gezet. We zien echter dat de landelijke visie ook nog een aantal vragen met zich meebrengt. We hebben afgesproken dat deze specifieke punten voor de zomer van 2024 verder uitgewerkt worden. De punten waarop verdere uitwerking en aanscherping plaats vindt, vindt u terug in ‘paragraaf 6.2 Werkagenda voor regionale organisatievormen en inkoop van zorg’. Als de uitkomst van deze werkagenda leidt tot wijzigingen op ons inkoopbeleid, dan informeren wij zorgaanbieders hierover via onze website.