Toegankelijke zorg
De toegankelijkheid van de GGZ staat onder druk. Dit komt door de toegenomen vraag naar zorg en de steeds krappere arbeidsmarkt. Dit maakt dat veel mensen wachten op een behandeling. Deze situatie is onhoudbaar. Daarom ligt onze focus voor 2026 op initiatieven en transformaties die bijdragen aan de toegankelijkheid van de GGZ.
Betrouwbare wachttijdinformatie
Om een goed beeld te hebben bij de toegankelijkheid in de sector is goede en betrouwbare wacht-tijdinformatie van groot belang. Om proactief te kunnen bemiddelen, hebben we data nodig die inzicht geeft in de wachtlijsten:
- Welke leden er op de wachtlijst staan (wie en aantal)
- De wachttijden van onze leden
- Bij welke zorgaanbieder onze leden op de wachtlijst staan
- De urgentie van wachtenden
- Het aantal wenswachtenden en dubbelwachtenden
Daarnaast is het van belang dat we beschikken over inzicht in de capaciteit van zorgaanbieders, geordend naar hun aanbod, en de exclusiecriteria die zij hanteren. Met deze informatie zijn we in staat vraag en aanbod beter op elkaar te laten aansluiten en onze leden naar de juiste zorg op de juiste plek te gidsen.
Maar aan deze basisinzichten ontbreekt het momenteel in de GGZ. Onderzoek uitgevoerd door de Vrije Universiteit heeft uitgewezen dat de huidige wachttijdinformatie onvoldoende betrouwbaar is en geen goed beeld schetst van de werkelijke situatie.
Net als in 2025 maken wij ons sterk voor het verkrijgen van goede en betrouwbare wachttijd- en capaciteitsinformatie. Enerzijds door actief bij te dragen aan landelijke projecten die voor deze inzichten moeten zorgen. Anderzijds door in onze kernregio’s samen met zorgaanbieders initiatieven uit te werken die bijdragen aan transparante wachttijdinformatie, vraagverheldering en centrale toeleiding. In de tussentijd blijven we aanvullende wachttijdinformatie opvragen bij zorgaanbieders.
Verwijsdatum in declaratieverkeer
Binnen de IZA-werkgroep ‘Inzicht in regionale wachttijden’ wordt gewerkt aan passende oplossingen om beter inzicht in de wachtlijsten te krijgen. Een van de oplossingen richt zich op het afleiden van wachttijdinformatie op basis van declaratiedata. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het informatie-element ‘verwijsdatum’ dat momenteel niet verplicht is, maar wel vaak wordt aangeleverd. Op dit moment is het nog onduidelijk of de NZa dit per 2026 of per 2027 verplicht zal stellen.
Voorsorterend op een mogelijke verplichting, verzoeken wij alle GGZ-aanbieders om vanaf 2026 de verwijsdatum te vullen en mee te geven in het declaratieverkeer. Met deze informatie is het mogelijk om tijdig, in gezamenlijkheid met het veld, tot goede afbakening van definities voor de verschillende wachttijden te komen. Ook kunnen we zo onderzoeken of deze methodiek op termijn de aanlevering van wachttijdinformatie via het Zorgbeeldportaal kan vervangen.


Stimuleren van eigen regie voor onze leden
Wij stimuleren onze leden om actief met hun mentale gezondheid aan de slag te gaan. We vinden het belangrijk dat onze leden, waar dat mogelijk is, zelf keuzes kunnen maken over wat ze willen. Om hen daarin te ondersteunen, bieden wij (online) zelfhulpprogramma’s die gericht zijn op mentale gezondheid. Daarnaast verwachten we van zorgaanbieders dat zij onze leden stimuleren om zoveel mogelijk zelf het initiatief en de regie te nemen in hun hulp- en zorgvragen.
Gidsen naar juiste zorg of hulp op de juiste plek
We werken samen met huisartsen en andere zorgaanbieders aan het beter gidsen van onze leden naar de juiste hulp of zorg op de juiste plek. Niet alle mentale hulpvragen horen thuis binnen de GGZ. Hulpvragen die eigenlijk andere zorg of ondersteuning vragen – bijvoorbeeld binnen het sociaal domein – willen we vooraf naar de juiste plek leiden. Dit stimuleren we door:
- Het ontwikkelen en delen van initiatieven die de zorgvraag verhelderen voor verwijzing én die helpen bij een juiste verwijzing naar de juiste plek. Bijvoorbeeld in de vorm van Good Practices.
- Het gebruik van tools en functionaliteiten die de toeleiding naar het GGZ-aanbod verbeteren. Bijvoorbeeld de keuzeondersteuning in ZorgDomein.
- Onze zorgaanbieders om cliënten die langer wachten dan de Treeknorm, actief te verwijzen naar onze afdeling Zorgadvies & bemiddeling.
- De transformatie naar mentale gezondheidsnetwerken in de regio en de contractering van de verschillende functies van een mentaal gezondheidsnetwerk, waaronder het verkennend gesprek. Tijdens het verkennend gesprek onderzoeken een psycholoog en een medewerker van het sociaal domein samen waar de cliënt het beste naar verwezen kan worden.
- Het benutten van de consultatiefunctie sociaal domein. Hierdoor kunnen professionals in het sociaal domein gemakkelijker de GGZ consulteren en op die manier de juiste zorg, ondersteuning en begeleiding bieden aan hun cliënten.
Daar waar onze leden zijn aangewezen op GGZ, zetten we in op initiatieven die hen helpen de beste en meest passende zorg te krijgen. Dit doen we door:
- Zorgaanbieders te stimuleren om de zorg breed te inventariseren op basis van het herstelondersteunende gedachtegoed. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van de herstelondersteunde intake of soortgelijke instrumenten.
- Onze leden te gidsen naar zorgaanbieders die passende zorg leveren en korte wachtlijsten hebben, zodat zij zo snel als mogelijk zorg ontvangen. We bemiddelen onze leden proactief. Hiervoor werken we onder andere samen met zorgaanbieders in verschillende netwerken rondom hybride en digitale zorg, ADHD-zorg en traumazorg.

Optimaal inzetten van personeel
Naast het optimaal organiseren van de toeleiding naar de juiste hulp of zorg, is het ook essentieel om in de steeds krapper wordende arbeidsmarkt het zorgpersoneel in te zetten waar dit het meest nodig is. Een eerlijke verdeling van werkdruk is noodzakelijk voor voldoende beschikbaarheid van personeel, zoals ook in het IZA beschreven staat. Dit geldt in het bijzonder voor zorg bij de meest complexe zorgvragen. Deze zorg moet continu beschikbaar zijn en vraagt veelal een multidisciplinaire aanpak. Deelname van psychiaters aan crisisdiensten is voor ons hier onlosmakelijk aan verbonden. Wij vinden het belangrijk dat alle psychiaters de gezamenlijke verantwoordelijkheid dragen voor de acute zorg binnen de GGZ.